Hier is het hof en daar is't convent,
en daar zijn de begijntjes content.
Hier is de werkkamer en daar is de cel,
en geheel het begijntjes gestel.
Daar is de kerk en daar is het altaar,
en geheel het begijntjes geschaar.
(Uit 'Lied van de regel' - het lied bezong het eenvoudige leven van iedere dag)